life,  mind,  NAU

Werkbespreking stress

Onderdeel van de NAU is de werkbespreking. Drie keer per jaar laat je voor de klas aan je docenten zien wat je zelf thuis gemaakt hebt. In een kort praatje vertel je waar je mee bezig bent geweest en hoe je op bepaalde thema’s, oplossingen of materiaalkeuzes gekomen bent. Wat wil je eigenlijk zeggen met je werk? Docenten reageren op je werk. Een onderdeel waar veel studenten voor sidderen.

Bij de eerste werkbespreking nam ik gewoon alles mee wat ik had gemaakt. Ik had een aantal landschappen op doek, mijn Eos zelfportret (nog niet af) en een aantal kleinere landschappen in houtskool, Siberisch krijt en restjes olieverf. Geen idee wat ik kon verwachten. Ik dacht: ik zie het wel.

Na een kwartier liep ik tollend weer naar mijn stoel. Mijn schilderijen waren veel te dicht geschilderd, veel te klassiek, veel te veel dezelfde toon / orde. Mijn tekeningen waren vrijer en luchtiger. Ik moest meer experimenteren op papier. Veel meer dingen uitproberen. Gewoon heel veel maken.

Ik vond het niet leuk dat mijn schilderijen, waar ik zo hard op gezwoegd had, werden afgekeurd, maar ik kon het (na een paar dagen) ook wel begrijpen. Was dat ook niet waarom ik naar de NAU ben gegaan? Om meer mijn eigen manier van uitdrukken te zoeken, om meer los te komen van mijn onderwerp en om gestimuleerd te worden om meer uit te proberen. Dus aan de slag!

Tweede werkbespreking

Bij de tweede werkbespreking wilde ik heel erg laten zien wat ik allemaal wel niet geprobeerd had. Ik had heel veel gedaan. Nog meer landschappen geschilderd (nu op papier), veel gemaakt op De Toets (veel model, beetje stilleven) en januari was de maand van de zelfportretten, dus daar was ook een hele stapel van. En ik had veel geëxperimenteerd met frottage (rubbings). Kun je die ook zo manipuleren dat er iets ontstaat dat op een landschap lijkt?

Ik had zoveel werken gemaakt dat ik ze lang niet allemaal kon laten zien. Ik wilde een compleet beeld geven van wat ik allemaal gedaan had. Er waren vier groepen: figuren, landschappen, frottage en zelfportretten. Ik zocht uit iedere groep een paar exemplaren, die ik het beste vond. Mijn plan was om over ieder groepje wat te vertellen. Wat, dat wist ik niet precies. Ik dacht: dat zie ik wel op de werkbespreking. Genoeg om over te vertellen, toch?

Toen we in het lokaal waren, kwam ik er al snel achter dat er veel minder ruimte was om dingen op te hangen, dan ik had gedacht. Ik zag ook geen plek voor vier groepen: er waren maar drie whiteboards. Ik was bijna gelijk aan de beurt.  Daardoor raakte ik zo in de stress, dat ik niet goed meer wist wat ik aan het doen was. Ik kon niet schakelen. Verschillende mensen hielpen met opbouwen en ik duwde ze random stapeltjes in de handen.

Ik had van te voren het idee dat ik echt goed bezig was geweest met experimenteren. Ik had stapels tekeningen van allerlei soorten en maten, maar na een tijdje vertwijfelt naar wat op het bord hing, gekeken te hebben vroegen de docenten of ik niet meer gemaakt had. Aan mij! Met mijn enorme productie. Ik voelde me heel stom. Toen gingen ze door mijn mappen snuffelen en vonden van alles wat ze aansprak. Maar ik had ondertussen een dusdanig hoog stresslevel bereikt, dat ik niet meer kon luisteren. Error, error…

Ik hield aan deze werkbespreking een onzeker en naar gevoel over. Mijn hoofd bleef herhalen: je werk is niet goed genoeg, je maakt verkeerde keuzes en je kan er eens niet fatsoenlijk over praten. Het ergste vond ik, dat het me dus niet gelukt was om uit alles wat ik gemaakt had te kiezen wat ik het beste vond. Ik vond dat ik als kunsthistoricus toch wel zou moeten kunnen zien wat het beste is (al weet iedereen die dit blog vaker leest, dat kiezen voor mij een triggerpunt is).

De derde werkbespreking

Dit moet anders, dacht ik na een tijdje. Met vriendinnen heb ik veel gesproken over waarom de werkbespreking in mijn hoofd (en waarschijnlijk ook in dat van andere studenten) zo’n ding wordt. Het voelt heel kwetsbaar als je voor de groep laat zien dat je gedaan hebt. Je werk komt uit jezelf en daarmee geef je een deel van jezelf bloot. Dat is eng. Kritiek voelt als kritiek op wie je bent. Het raakt aan elementen van jezelf waar je moeite mee hebt (zoals mijn keuzestress).

Ik heb de neiging om het oordeel van de docenten te zien als doorslaggevend en heel belangrijk. Zij bepalen immers of ik op de NAU mag blijven, of dat mijn werk daar goed genoeg voor is. Maak ik wel genoeg wat zij van me willen zien?

Maar het gaat om MIJN eigen ontwikkeling. Ik wil leren te maken wat ik ZELF wil maken. Dan is niet het oordeel van de docenten, maar wat ik kan leren van het commentaar van de docenten belangrijk. De feedback is bedoeld om mij verder te helpen, niet om me te veranderen of te bekritiseren of te kleineren. Ik moet meer achter mijn eigen werk gaan staan. Liespower!

Voor de derde bespreking heb ik met verschillende mensen over mijn werk gesproken, met een paar vriendinnen van de NAU, met familie en met oude schildervriendinnen. Dit om voor mezelf beter helder te krijgen wat ik aan het doen ben, maar ook om weer een beter gevoel te krijgen bij wat ik kies te laten zien. Waarom laat ik zien wat ik laat zien? Ik heb bedacht wat ik wil ophangen, zelf een keuze gemaakt en met een rol tape gezorgd dat ik alles overal kan ophangen. Ik heb hardop geoefend in wat ik wil zeggen.

Natuurlijk was ik nog steeds zenuwachtig en vond ik het praatje nog steeds lastig, maar ik voelde me wel zekerder. Ik stond er meer met het idee: dit vind ik mooi, benieuwd of jullie het met me eens zijn, dan met het gevoel afhankelijk te zijn van het oordeel van de docenten. Ik was nu ook in staat om opmerkingen te horen als suggesties in plaats van als kritiek. Het hielp wel dat ze dit keer begonnen met positieve dingen te zeggen. Ik had duidelijk sprongen gemaakt. Ze vonden mijn werk emotioneel en verhalend. Maar… mijn oren stonden er ook meer voor open.

Nu is het vakantie en heb ik zin om met de suggesties aan de slag te gaan. Kan ik het dramatischer maken? Wat gebeurd er als ik meer open laat in mijn schilderijen? Wat gebeurt er als ik over mijn schilderijen ga tekenen? Wat gebeurt er als ik op andere formaten ga werken? Wat kan ik nog meer met stof? Kan ik ook uiteindelijk stof en schilderen op mijn eigen manier integreren? Spannende vragen waarbij ik benieuwd ben wat ik ga vinden 😊

3 Comments

  • Meta vermeulen

    Lieverd, wat weer een geweldige blog! Ga lekker genieten van vakantie, je uitdagingen en je nieuwe ideeën! We zien elkaar gauw!!👍😍💟

  • Paul Vermeulen

    Wat heb je dit fascinerend eerlijk en dapper opgeschreven, je twijfels, de zelfanalyse, je ontwikkeling naar steeds meer overzicht en controle. Echt een super blog.

    • uiltje48

      Dank je wel. Het beoordeeld worden is een belangrijk en soms pijnlijk onderdeel van de kunstwereld. Het voelt heel persoonlijk. ‘Je bent niet je werk’ is makkelijker gezegd dan gevoeld 😉

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *