kunstgeschiedenis,  life

Nancy: stad van Art Nouveau

Afgelopen vakantie hebben we een weekje in Nancy doorgebracht. Een leuke stad, waar veel te zien is. Zeker als je van architectuur en van Art Nouveau houdt. Rond 1900 groeide de stad hard en veel rijke inwoners lieten hun huis of bedrijf bouwen in wat l’Ecole de Nancy werd genoemd: vol golvende lijnen en sprankelend glas in lood.  Art Nouveau vind je er op iedere straathoek!

Art Nouveau of Jugendstil, in Nederland ook wel spottend slaoliestijl genoemd, kenmerkt zich door asymmetrische golvende lijnen. Je ziet het in verschillende landen op hetzelfde moment ontstaan maar met steeds net wat andere accenten. Moderne technieken zoals het gebruik van gietijzer zijn belangrijk én de natuur als grote inspiratiebron. Net als een optimistisch wereldbeeld en geloof in de toekomst. Geen wonder dat de stroming, waarvan het begin zo rond 1890 ligt, abrupt eindigt in 1914…

Na de Frans-Pruisische oorlog van 1870, waarbij de Pruisen Franse regio’s langs de grens annexeerden, vluchtten een groot aantal kunstenaars, industriëlen, investeerders en kunstliefhebbers naar de stad Nancy. Daar vonden zij gelijkgestemden waarmee ze samen een milieu vormden waaruit de school van Nancy ontstond. Kunstenaars, architecten en ontwerpers als Emile Gallé, Louis Majorelle, Victor Prouvé, de gebroeders Daum, Jacques Gruber, Emile André en Lucien Weissenburger zweepten elkaar op.

Heel veel wandelen

We hadden het natuurlijk van te voren al in de reisgids gelezen (zijn wij de enige die ook altijd nog zo’n dikke reisgids meesjouwen op vakantie of gebruikt iedereen tegenwoordig alleen nog maar google om te zien wat er ergens te doen is?), maar ter plekke was ik wel prettig verrast door de grote hoeveelheid Art Nouveau. Er bestaan een aantal wandelingen door de stad, die zich vooral richten op de wijken rond het station, waar ook een museum én een woning te bezoeken zijn. Maar gelijk in het straatje achter ons appartement in een buitenwijk van Nancy vinden we al leuke voorbeelden van sierlijk ijzerwerk en organisch gevormde aanbouwtjes.   

Voor DE Art Nouveau wandeling door de stad moeten we eerst helemaal naar het andere eind van de stad lopen. Nancy promoot zichzelf echt als Art Nouveau stad, is onderdeel van een Art Nouveau netwerk en heeft een wandeling door de stad uitgezet met bordjes (die overal heen lijken te wijzen), pijlen in de straat, boekjes, plattegronden én een audiotour. Wij deden het old skool met een plattegrondje met nummers.

Veel voorbeelden zijn te vinden in het gebied tussen het station en Place Stanislas, dat begin twintigste eeuw bebouwd is. Je vindt er banken, een apotheek, kleine en grote winkels met Art Nouveau elementen. Wij begonnen aan de andere kant van het station, waar je meer woonhuizen in de stijl kunt vinden. Op de Avenue Foch alleen al zijn meerdere voorbeelden te zien. De temperatuur stijgt, terwijl wij de straten afschuimen naar steeds meer Art Nouveau huizen.

Als de honger ons inhaalt (mijn hangryness is berucht) en ik in een ‘waarom is het toch nooit mogelijk om ALLES te zien’ tirade losbarst, krijgt de rest van het gezelschap er een beetje genoeg van. Ik word met een stuk stokbrood op een stoepje gezet. Met zicht op een heel mooi hekwerk, dat dan weer wel… We besluiten om naar het centrum terug te lopen. Met een gevulde maag en de verzekering dat we echt nog zullen stoppen bij alles wat er maar enigszins krullerig uitziet, ga ik akkoord. We vestigen ons eerste dag record aan afgelegde kilometers.

Musée de l’Ecole de Nancy

Op één van de andere vakantiedagen nemen we de bus terug naar deze wijk. Daar vind je namelijk ook het Musée de l’Ecole de Nancy, volgens haar eigen site het enige museum ter wereld dat gewijd is aan deze unieke kunstvorm. We zullen dat dan maar beperken tot de school van Nancy, dan klopt het zeker :). Het museum is gevestigd in het huis van Eugène Corbin, eigenaar van een winkelketen en grote fan van de stijl. Dat is ook wel te zien aan zijn huis.

De buitenkant oogt nog vrij klassiek, maar binnen gaat de Art Nouveau helemaal los. Daarbij is het me niet altijd duidelijk wat oorspronkelijk voor het huis gemaakt is en wat niet. Er is o.a. een badkamer, twee slaapkamers en een complete eetkamer in stijl te zien. Deze zogenaamde ‘Masson eetkamer’ is ontworpen door Eugène Vallin. Het is wanstaltig en perfect tegelijkertijd. Alles draait, krult en balanceert. Hoewel er eenheid is in stijl, is er ook steeds disbalans, doordat er zoveel asymmetrische voorwerpen in de ruimte staan. Ik vind het prachtig, maar zou er niet in willen wonen. Er voelt weinig ruimte om lekker je krant uit te spreiden of te tekenen. Het is een kamer om naar te kijken, niet om in te leven.

Ruimtes die niet compleet ingericht zijn (wat geldt voor de meeste) bevatten losse meubelen, de een nog groter dan de ander. Om al die krullen en rondingen een plek te geven, heb je veel ruimte nodig. Het komt daardoor wel erg over als een stijl voor de rijken, want je hebt er enorme kamers voor nodig. Wat niet helemaal klopt, want er was juist ook veel aandacht voor het bereikbaar maken van mooie dingen voor een grotere groep mensen.

De leden van de school van Nancy zagen zichzelf als kunstenaars maar ook als ondernemer. Ze zagen overall kunst in en wilden kunst naar zoveel mogelijk mensen brengen. Ze ontwierpen niet alleen unieke stukken, maar hadden ook oog voor de vraag naar mooie dingen van minder gefortuneerden. Daarvoor vereenvoudigden ze ontwerpen, materialen en technieken om zo simpelere varianten tegen lagere kosten te kunnen produceren.

Emile Gallé bijvoorbeeld, die voornamelijk bekend is om zijn bijzondere glasontwerpen, was ook erg geïnteresseerd in technische processen. In zijn glasfabriek werden zowel unieke vazen gemaakt, als meer eenvoudige ontwerpen. Onder zijn leiding groeide het familiebedrijf, dat zowel keramiek als glas produceerde, uit tot ruim 300 medewerkers in 1889. In het museum is een aanzienlijke collectie glaswerk van zijn ontwerp aanwezig.

Het museum heeft een grote tuin, met verschillende hoekjes waar je even kunt relaxen voordat je de stad weer in trekt. Je kunt nog door naar Villa Majorelle, dat een van de mooiste Art Nouveau huizen van de stad is. Ik heb het wel van buiten gezien, maar niet van binnen. Je kunt het alleen via een rondleiding bezoeken en daarvoor moet je je bij het Musee de l’Ecole inschrijven. Jammer genoeg waren die al vol. Maar goed, zo heb ik een reden om nog eens terug te gaan naar Nancy!

Voor dit blog is gebruik gemaakt van inhoudelijke informatie op de site van de VVV van Nancy. Daar vind je ook nog veel meer foto’s. Foto’s bij dit blog heb ik zelf gemaakt.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *